Tot op heden zijn er bij het UWV achterstanden wanneer het gaat om de WIA beoordelingen. Dit komt door een tekort aan verzekeringsartsen. Om deze achterstanden in te halen, kan het UWV vanaf 1 juli 2024 een praktische beoordeling inzetten ter beoordeling van de WIA.   

Wanneer een praktische beoordeling mogelijk is, blijft de theoretische beoordeling achterwege. Hierbij meer informatie over deze manier van beoordelen. 

Theoretische beoordeling 

De beoordeling gebeurd aan de hand van een functionele mogelijkhedenlijst, welke wordt gemaakt door de verzekeringsarts in het CBBS systeem (claim beoordelings- en borgingssysteem). Daar moeten minimaal drie functies worden gevonden en kijkt men naar de functies met de hoogste loonwaarde. De middelste functie qua loonwaarde van deze drie wordt vergeleken met het loon dat betrokkene eerder verdiende in de functie waarbij hij is uitgevallen. Dit verschil betreft de mate van arbeidsongeschiktheid. Het betreft puur een theoretische beoordeling wat iemand theoretisch nog kan verdienen.

Praktische beoordeling 

Als iemand aan het werk is in passende arbeid tegen een reële loonwaarde en de inschatting zal zijn dat het duurzaam is, wordt een praktische beoordeling ingezet. De inkomsten uit deze arbeid worden dan vergeleken met het oorspronkelijke inkomen om zo tot een mate van arbeidsongeschiktheid te komen. 

Door de mogelijkheid tot een praktische beoordeling verwacht het UWV de achterstanden deels in de kunnen halen en verwachten zij jaarlijks zo’n 2000 tot 3000 WIA beoordelingen uit te kunnen voeren.